Van vernederlandst naar authentiek

Natuurlijk is er helemaal niets mis met vernederlandst of verwesterd eten. Als je het eten lekker vindt, wat maakt het dan uit of het authentiek is? Dat er wat sambal wordt weggelaten is zelfs maar goed ook, omdat pittig eten voor de ongetrainde mens niet verstandig is. Toch zoeken veel Nederlanders dit juist op, omdat ze er lol in hebben om nieuwe gerechten en smaken te ontdekken. Zelf ben ik me aanvankelijk op buitenlandse gerechten gaan oriënteren onder invloed van food snobs. Ik had collega’s die me uitlachten om mijn witte pistoletje en die zelf alleen genoegen namen met echt Frans stokbrood. Wat je motivatie ook is, aan de hand van onderstaande tips zal het makkelijker worden om authentiek (uit) te eten.

Tip #1: Bekijk wie er naar binnen gaat

Misschien heb je wel eens gehoord dat je een goed Chinees restaurant kunt herkennen aan het feit dat er ‘echte Chinezen’ naartoe gaan om te eten. Dit is geen fabeltje. Chinezen die de keuken uit hun moederland missen, zullen niet snel naar een vernederlandste Chinees gaan. Ditzelfde geldt ook voor immigranten die uit andere landen afkomstig zijn; te denken aan bijvoorbeeld mensen uit Afrika of het Midden-Oosten. Je kunt dus veel over een restaurant te weten komen aan de hand van haar bezoekers.

Tip #2: Kies voor restaurants met weinig poespas

Het piepkleine Italiaanse restaurantje op de hoek van de straat is waarschijnlijk authentieker dan het restaurant op de Markt dat een enorm terras heeft. Laat je vooral niet misleiden door rood met wit geblokte tafellakens; dit is niet eens authentiek Italiaans! Ik denk bijvoorbeeld aan het piepkleine, ontzettend onaantrekkelijke eettentje Gamasot in Rotterdam, waar je voortreffelijk Koreaans kunt eten. Of F.E.B.O., een klein Spaans restaurant in Breda waar je niet kunt reserveren en moet wachten tot er een tafel vrijkomt. Laat je ook vooral niet beïnvloeden door de naam van het restaurant: dat het een clichénaam zoals Peking of China Town heeft, wil niet zeggen dat er vernederlandst eten wordt geserveerd. ‘Weinig poespas’ is vaak ook terug te zien in de naam.

Tip #3: Bezoek grote steden

Het is eigenlijk heel logisch; in grote steden wonen veel mensen, waardoor andere culturen er beter vertegenwoordigd zijn. In een dorp met één Chinees-Indisch restaurant en één kebabtent, zul je waarschijnlijk alleen de standaardgerechten tegenkomen. In een grote stad is meer diversiteit mogelijk en hebben de gespecialiseerde zaken meer bestaansrecht. Dit geldt overigens niet alleen voor restaurants, maar ook voor winkels. Zo wijst een zoekactie via Google uit dat Den Haag ongeveer 40 toko’s heeft, Amsterdam rond de 60 en Rotterdam zelfs 70.

Tip #4: Kook zelf!

Deze tip is een logisch vervolg op de vorige; immers, als er in Nederland zoveel toko’s bestaan waar je de ingrediënten voor Indische, Surinaamse en Chinese gerechten kunt vinden, waarom zou je dan niet gewoon zelf gaan experimenteren? Ook bestaan er in Nederland Turkse en Marokkaanse supermarkten, Franse en Italiaanse delicatessenwinkels en Poolse specialiteitenwinkels. En vergeet niet hoeveel je via internet kunt bestellen! Als je eenmaal bedreven raakt in het zoeken dan is er een walhalla aan buitenlandse ingrediënten en recepten te vinden.

Rest mij nog één laatste tip. Geniet, maar eet met mate, want al die exotische gerechten kunnen behoorlijk verslavend zijn...!